.
.
Eibergen in Foto's
.
.
..
.
.
De plantaardigheid van deze foto bestaat uit bomen op de achtergrond. Voor de rest is het de bouw van de wat chiquere
appartementen aan de Huenderstraat, maar dan wel onder een heel dreigende hemel!
 
 
.
Alleen maar twee takjes van een populier, be- en doorstraald door de zon.
.
.
.
.
Een weelde van bloemen, gefotografeerd bij de bakker aan het Zwikkelaarsplein.
.
.
.
..
Rode Rozen tegen een blauwe lucht op de Stationsweg..
..
.
.
.
Uit de Oude Doos
    Wercken der Genees-Konste 

    In het jaar 1672 verscheen bij de Weduwe van J.J. Schipper op de Keizersgracht te Amsterdam een boek dat in die tijd het standaardwerk van de Genees-Konste zou worden. De titel: Joh. van Beverwijcks Wercken der Genees-Konste. 
    Denk nu niet dat je dit boek in een vloek en een zucht uitleest. Het heeft meer dan 900 pagina's en die zijn heel dicht bedrukt. 
    Deze oude doos is dus wel verschrikkelijk oud. In de komende tijd hoop ik uit "Werken der Genees-Konste" wat wetenswaardigheden te halen en die op deze pagina aan te bieden. 
    Natuurlijk was het taalgebruik in 1672 heel anders dan in onze tijd. De letter "s" bijvoorbeeld wordt in vele gevallen geschreven als de letter  
    f, maar dan zonder dwarsstreepje. Je moet er aan wennen om woorden als "menf", "fommige" en "koortfche" vlot te herkennen.  
    Dan krijgen we de klinkerverdubbeling. In de tijd van Van Beverwijck, die overigens profeffor was aan de hogeschool in Dordrecht, werd niet "haar", maar "haer" geschreven. Met de letter e werd de klinker die aan die letter voorafging verdubbeld. 
    Schrijf je tegenwoordig een artikel in een wetenschappelijk tijdschrift, dan moet je niet verbaasd zijn als de redactie je om twee collega's vraagt, die achter je staan voor wat betreft de inhoud van je artikel.   
    Laat ik zwijgen over het schrijven van een wetenschappelijk boek in onze tijd, zeker als je niet aan een universiteit verbonden bent. 
    Beverwijck neemt in zijn boek niet minder dan een weerlegging van de filosoof Montaigne op. Dat doet hij in meer dan 30 pagina's, die in het bijzonder gericht zijn "Aen den vermaerden, ende achtbaren Heere Dr. Cornelis van Someren, Scheepen, ende Medicijn ordinaris der Stadt Dordrecht." 
    Tegenwoordig zou zo iets ondenkbaar zijn. Heden ten dage weerleggen we opvattingen van vakgenoten met bewijzen, die statistisch onderbouwd zijn... 
    Voor belangstellenden wordt van Beverwijck in de Oude Doos vast heel interessant. 

    Pieter Verdonk

 
..
.
..
 Naar de volgende pagina,

 Naar de vorige pagina

 Keuzemenu

 Bede